Herstellen van een verslaving is een heel persoonlijk proces. Leren voelen en daarin kwetsbaar durven zijn horen er, wat mij betreft, onlosmakelijk bij. In dit blog vertel ik hoe ik vervreemd raakte van mijn gevoelsleven en verhuisde naar mijn hoofd. In het vervolg beschrijf ik de terugreis, van het denken naar weer kunnen voelen.
* Waarschuwing: In dit blog staan dingen die kunnen triggeren als je een eetstoornis hebt.
Onverwachte vreugde
“Het beste aan herstel is dat je je emoties terugkrijgt. Het ergste aan herstel is dat je je emoties terugkrijgt.”
Deze quote komt uit The unexpected joy of being sober van Catherine Gray, voor mij het meest herkenbare, opbeurende en positief motiverende boek over hoe het is om te herstellen van een verslaving. In Grays geval is dit een alcoholverslaving, maar haar bevindingen en tips zijn ook toepasbaar op andere uitingen van verslaving. Het boek is een moderne herstelbijbel bomvol bruikbare en verrassende tips, totaal niet prekerig, maar juist ontzettend grappig en luchtig, evenals eerlijk en nietsverhullend geschreven. Ik kan het je niet warm genoeg aanbevelen.
Als je stopt met jezelf verdoven ga je weer voelen. De meeste mensen vinden dit negatief. Hoe ga je in hemelsnaam om met al die pijnlijke emoties, als je dat nooit hebt geleerd? Dat dacht ik ook toen ik, na een jaar of twintig mijn gevoelens te hebben gedempt, ze willens en wetens ging toelaten. Wie me toen had verteld dat voelen mijn hobby zou worden en dat ik mijn gevoeligheid zelfs zou gaan inzetten om anderen te helpen, zou ik voor gek hebben verklaard.
Maar laat ik, in het kader van kwetsbaarheid en openheid, bij het begin beginnen en je meenemen naar 1991.
Onweerstaanbare drang
Toen ik enkele weken na mijn achttiende verjaardag in mijn eentje op de nachttrein naar Milaan stapte om daar – waar ik niemand kende en de taal niet sprak – een nieuw leven te beginnen, deed ik dat uit een onweerstaanbare drang naar vrijheid en onafhankelijkheid. Ik vluchtte weg uit een thuissituatie die erg benauwend en stressvol was, maar liet tegelijkertijd ook vrienden en familieleden achter die van mij hielden en ook een bepaald gevoel van veiligheid en zekerheid, al ervoer ik dat toen niet zo.
Ik was vastberaden om mijzelf in Milaan te gaan bewijzen. Ik droomde van een carrière in de journalistiek of misschien iets in de film. Ik was zelfstandig en had een sterke wil, maar ook een heel wankel zelfgevoel, een onzekere basis en een koffer vol verdriet, boosheid en schuldgevoelens over wat ik achter me liet. En ik had niet geleerd om met mijn emoties om te gaan of om goed voor mijzelf te zorgen.
Vergeleken met Utrecht was Milaan ontzettend groot, druk, snel, spannend en opwindend, maar natuurlijk ook beangstigend. De combinatie van de nieuwe omgeving, mijn karakter en de vele emoties die speelden, maakte dat ik onbewust ging zoeken naar manieren om mezelf staande te houden. Eten diende zich aan als een toegankelijk middel om even niks meer te hoeven voelen en mijn gevoelens te verdrukken. Eten was voor mij dempen, letterlijk een emotioneel gat vullen en zo mijn gevoelens eronder houden.
Heroin chic
In Italië is heerlijk eten en drinken een wezenlijk onderdeel van de levensstijl, maar Milaan is ook een modestad en de jaren negentig waren die van de graatmagere ‘heroin chic’ modellen zoals Kate Moss. Mager zijn was de norm waaraan ook ik wilde voldoen. Ik wisselde eetbuien af met braken, waarbij braken ook emotioneel gezien purgerend werkte. Het was alsof ik mijn pijn kon uitkotsen nadat ik hem eerst had verdoofd. Het gevoel van opluchting achteraf was prettig, al was het natuurlijk nooit van lange duur. Steeds weer dienden zich nieuwe gevoelens aan die gedempt moesten worden. Naast het oorspronkelijke verdriet, ook steeds meer schaamtegevoelens.
Langzaam maar zeker verhuisde ik zo naar mijn hoofd. Daar voelde ik me relatief veilig. Ik hield van het gevoel van controle over mijn lichaam dat het braken me gaf. Toen ik bijbaantjes kreeg in het uitgaanscircuit en in contact kwam met mensen uit de modewereld, ging mijn hoofd steeds hardere eisen stellen aan mijn lichaam. De eetbuien gingen nu vaker gepaard met periodes van weinig eten of vasten. Ik werd steeds dunner en werd daarvoor gecomplimenteerd door mijn omgeving.
Kate Moss is scherp veroordeeld om de uitspraak: “Nothing tastes as good as skinny feels.” Ik ben bang dat ik goed kan invoelen wat zij daarmee bedoelde. Voor mij is dit een echte eetstoornisgedachte.
Barbiepop
Niet of weinig eten was niet de enige oorzaak waardoor ik steeds meer van mijn lijf en mijn gevoel vervreemde. Door mijn perfectionisme en prestatiedrang (onzeker als ik was, had ik enorm veel te bewijzen) ging ik steeds harder studeren. Ik zat dag in dag uit met mijn aandacht volledig in mijn hoofd. De goede resultaten die ik behaalde gaven me een gevoel van zelfwaardering. Ook dat had iets verslavends. Elk hoog cijfer moest met een nog hoger cijfer worden overtroffen. Zo studeerde ik uiteindelijk summa cum laude af.
Op de foto’s van mijn afstuderen zie ik eruit als een barbiepop: een groot hoofd met grote ronde ogen op een dun en benig lijfje. Mijn bmi was net boven de 15. De verhouding tussen mijn hoofd en mijn lijf stond symbool voor de disbalans tussen mijn ratio en mijn gevoel. Ik leefde uitsluitend in mijn hoofd, dat bovendien steeds dwingender en baziger werd. Mijn lichaam had mijn hoofd maar te dienen.
Chronische roes
Na mijn studie ging ik terug naar Nederland. Nogmaals nam ik afscheid van al mijn vrienden en liet ik een land achter dat me had gevormd, zeker ook in positieve zin. Ik had veel moeite met de cultuurverandering en kon mijn draai niet vinden. Ik belandde in banen die niet bij mij pasten, bij reclamebureaus. Avond- en weekendwerk was de norm en zo’n beetje iedereen dronk er, tijdens en na werktijd, en ook drugs waren volop aanwezig.
Zo maakte ik de shift van (niet) eten naar alcohol. Alcohol bleek een nog veel effectievere manier om het dagelijks bestaan te verdoven en bovendien was het gebruik ervan volledig geaccepteerd. Ik heb echt het idee dat we ons massaal aan het verdoven waren, ieder op zijn of haar manier. We dachten bovendien dat die chronische roes de hoogst haalbare staat van zijn was.
Zombiestaat
Jarenlang leidde ik een leven van hard werken en verdoven. Zolang ik werkte hoefde ik niet te voelen en als ik niet werkte, verdoofde ik mezelf wel op een andere manier. Net als het studeren leverde ook werken me een gevoel van zelfwaardering op, met het verschil dat ik mijn werk niet eens leuk vond. Mijn baan paste niet bij wie ik was, maar in mijn zombiestaat wist ik helemaal niet wie ik was. In de laatste jaren kwamen er nog medicijnen bij om mijn leefstijl te kunnen volhouden, zoals slaap- en kalmeringsmiddelen.
Die verdoofstrategieën werken natuurlijk helemaal niet. Het is niet zo dat je geen vervelende emoties meer ervaart, je draait ze hooguit kortstondig de nek om. Daarna zijn ze niet uitgeschakeld, maar verstoppen ze zich ergens in je lichaam, waar ze hun eigen leven gaan leiden dat jij – verdoofd als je bent – niet meer kunt waarnemen. Hierdoor krijg je spanningsklachten, ondermijn je je immuunsysteem, word je doodvermoeid (dat onderdrukken kost ontzettend veel energie!) en kun je ziek of depressief worden.
Alles afgesloten
Bovendien dacht ik dat ‘voelen’ hetzelfde was als emoties ervaren. Dat is niet zo. Emoties zijn een reactie op wat er gebeurt en op wat je denkt. Voelen omvat veel meer dan dat, zoals je intuïtie en het ervaren van liefde en verbondenheid met de wereld om je heen. Uit angst voor pijn had ik alles, de hele boel dus, afgesloten. Wie zijn gevoelens verdooft, gooit het kind met het badwater weg.
Zo raakte ik niet alleen verwijderd van mijn gevoelsleven maar ook vooral van wie ik in wezen was. Het was alsof ik een harde beschermlaag om mijzelf heen had gemetseld. Ik wist zelf niet eens meer wie of wat eronder zat. Ik werd steeds somberder, cynischer en killer. Mijn toenmalige partner noemde me een ijskoningin. Ook werd ik harder en veroordelend. Je zult begrijpen dat dat niet bevorderlijk was voor de kwaliteit van mijn relaties.
Doodgaan
Mijn vroege pogingen om uit de vicieuze cirkel van niet voelen en verdoven te komen, faalden jammerlijk. Ik herinner me dat ik een acupuncturist bezocht omdat ik wilde stoppen met roken. “Wat moet ik dan doen met mijn gevoelens als ik niet meer rook?” vroeg ik haar. “Gewoon gaan zitten en voelen,” zei ze. Ik was echt boos op haar en ben nooit meer teruggegaan.
Een hypnotherapeut die ik later bezocht was wel behulpzaam. Zij vroeg me vaak naar mijn lichaamsgevoelens en ik herinner me dat ik op een gegeven moment, gefrustreerd omdat ik die niet voelde, zei dat ik helemaal geen gevoel hád. “Oh Manja, jij hebt zó veel gevoel…,” zei mijn therapeut. Ze gaf mij met die opmerking een sprankje hoop en dat wakkerde mijn verlangen aan naar iets warmers en levendigers.
Als je jezelf heel lang hebt verdoofd en dus hebt verzet tegen pijnlijke gevoelens, is het haast tegennatuurlijk om te stoppen met verdoven en die gevoelens bewust te gaan toelaten. Zeker als vanuit je hoofd leven een overlevingsmechanisme is geworden, kun je ‘voelen’ ervaren als doodgaan. Maar inmiddels was het bij mij van binnen sowieso al donker, leeg en stil. Ik had weinig meer te verliezen.
Begin van de terugreis
Wat mij toch de duik in het diepe heeft doen wagen, was een diep doorvoeld besef dat mijn strategie niet meer werkte en misschien wel nooit had gewerkt. Mijn ingebouwde discipline, mijn verlangen naar liefde en verbinding en een vleugje vertrouwen in iets groters dan ikzelf, hebben me ook geholpen.
Maar wat me echt heeft doen besluiten om de terugreis naar mijn gevoel aan te gaan, was diezelfde onweerstaanbare drang naar vrijheid en onafhankelijkheid waarmee ik twintig jaar eerder op de trein stapte.
In deel 2 beschrijf ik wat mij heeft geholpen om weer te leren voelen.
In onderstaande podcast praat ik met Selena van Apeldoorn over hoe we soms als kind al leren om bij ons gevoel weg te gaan, en wat eerste stappen kunnen zijn op weg naar weer een volledig contact met jezelf en je gevoelens.
Lees meer over hoe ik stopte met verdoven in Verslaving als kans